b'vroeger. Niet helemaal misschien, maar bijna. Bijna was goed genoeg.Natuur? vroeg hij zacht. meerlaags groene bouwvolumes, spectaculaire toegangspoorten, verbindingsalleen tussen stad en ruigte, prikkelende contrasten van reuring en stilte, openluchtevenementen met slaapconcessies voor de vogels Het leek wel of hij nu pas hoorde wat de berg had gevraagd want hij zei een beetje verbaasd: maar dat leg ik u zojuist toch uit. Natuur als ruimtelijk concept is achterhaald. Het mankeert aan meerdimensionaliteit en exploitatiepotentie. Maar niet gewanhoopt, met een stoot creativiteit van onze kant wordt het plaatje gerust weer kostendekkend. Daar steek ik mijn hand voor in het vuur. Vertrouw me, als berg hebt u een gouden toekomst!Met deze bemoedigende woorden nam de projectontwikkelaar afscheid. U hoort nog van ons, riep hij over zijn schouder. Die nacht kon de berg de slaap niet vatten. Zijn fantoompijn kwelde hem heviger dan ooit. Een tweede Grote Ontginning, dacht hij somber, zal ik niet overleven.Het was een heldere winternacht in februari. Met open ogen lag de berg te piekeren over het soort en de hoeveelheid geluk dat de projectontwikkelaar de mensen wilde brengen. Bosuiltjes riepen hun6'